De Gordontraining wordt op verschillende locaties van Kindenco ludens aan de pedagogisch medewerkers gegeven. Tiara Ziher en Sebastiaan Soetermans werken bij KDV t Klavertje, Tiara op een babygroep en Sebastiaan op een peutergroep en sinds kort op een babygroep. Elene en Rosan werken bij bso Ay in Utrecht. We stelden de twee los van elkaar een aantal vragen over de Gordonmethode.
Welke elementen van de Gordonmethode gebruik je in de dagelijkse praktijk?
Elene (BSO Ay): ‘Ik gebruik veel: actief luisteren, het gedragsraam, het samen oplossen bij conflicten.’ Sebastiaan (peuter- en babygroep t Klavertje): ‘Vooral de Ik-boodschap. Ik vind het belangrijk om het bij mezelf te houden. Dat is bij peuters hetzelfde als bij de baby’s. Ook kijk ik beter naar wie het probleem heeft: ik hoef niet altijd in te grijpen.’ Rosan (bso Ay): ‘De overlegmethode en actief luisteren is me het meest bijgebleven. Ook laat ik kinderen nu veel zelf oplossen, in plaats van het voor ze te doen. Tiara (babygroep t Klavertje): ‘Met name ‘wie heeft het probleem’ en het zien van de behoefte achter het gedrag. Ik ben op een andere manier naar kinderen gaan kijken, naar wat ze nodig hebben.’
Heb je daar een voorbeeld van?
Tiara: ‘Als er iets is ga ik er niet meteen tegenin, maar ik geef ruimte aan hun gevoelens. Bij een kind dat moet huilen bij het afscheid nemen benoem ik het gevoel ‘je bent er verdrietig van, he’. Ik blijf erbij zitten en laat weten dat het oké is om te huilen. Ik realiseer me: afscheid nemen ís ook lastig. Het ene kind vindt het fijn nog even op schoot te blijven, de ander gaat spelen: die ruimte geef ik het kind.’ Rosan: ‘Er was van de week een kind dat mijn hulp vroeg. Hij wilde het autokleed hebben, maar de wigwam stond ervoor. In plaats van het voor hem te pakken, keken we samen hoe het zou kunnen. En met wat tips kon hij het toen zelf pakken.’