MEER KINDERVERZORG(ST)ERS IN KLEUTERONDERWIJS: HOERA? Zes ankerpunten voor beleid en praktijk

MEER KINDERVERZORG(ST)ERS IN KLEUTERONDERWIJS: HOERA? Zes ankerpunten voor beleid en praktijk

2021 | www.vbjk.be
Gratis

Omschrijving

De zes ankerpunten in een notendop

Ankerpunt 1: Zichtbaarheid van de functie van kinderverzorg(st)er 9

Ankerpunt 2: Naar een educare-samenwerkingsmodel voor kinderbegeleiders en leerkrachten 12

Ankerpunt 3: Een educare-samenwerkingsmodel vanuit het schoolbeleid faciliteren 13

Ankerpunt 4: Structurele condities voor pedagogische kwaliteit en werkbaar werk 16

Ankerpunt 5: Doorstroomkansen voor kinderbegeleiders 18

Ankerpunt 6: Een educare-samenwerkingsmodel in de initiële opleiding

Dat een sterke kleuterschool bijdraagt tot de ontplooiing van jonge kinderen wisten we al langer. En dat kleuterparticipatie niet enkel over het ingeschreven en aanwezig zijn gaat, maar ook over het aanbieden van hoogstaand kwalitatief onderwijs, wordt de laatste jaren zowel internationaal als in Vlaanderen meer en meer erkend1 . Literatuuroverzichten tonen bijvoorbeeld, dat deelname aan kleuteronderwijs positieve effecten heeft op de cognitieve, sociale en emotionele ontwikkeling van jonge kinderen en dat deze effecten ook zichtbaar blijven in de verdere schoolloopbaan van de kinderen2 . Bovendien is de impact het grootst op kinderen uit gezinnen die leven in een maatschappelijk kwetsbare situatie en uit gezinnen met een migratieachtergrond. De laatste jaren wordt duidelijk dat deze positieve effecten enkel gelden als de educatieve voorzieningen voor jonge kinderen van optimale kwaliteit zijn. Het gaat in deze onderzoeken om kleuterklassen en leefgroepen met relatief weinig kinderen. Het gaat ook om early childhood education, wat een integratie is van wat wij begrijpen als kinderopvang en kleuterschool. Dat betekent bijvoorbeeld dat men zorg en leren van jonge kinderen als even belangrijk beschouwt en heel wat aandacht besteedt aan dialoog met gezinnen, inclusief gezinnen in armoede3 . Deze kwaliteitsvoorwaarden legde de Raad van Europa vast in een Europees kwaliteitskader voor kleuteronderwijs en kinderopvang4 . In Vlaanderen vertaalt dit zich in het kleuterparticipatiebeleid dat de laatste jaren een meer kwalitatieve focus heeft gekregen om de aanwezigheid van kinderen te verhogen. Ook de huidige onderwijsbeleidsnota van minister van Onderwijs Weyts trekt verder deze kwaliteitskaart door meer handen in de klas en werkingsmiddelen te garanderen. In dit kader worden extra kinderverzorg(st)ers in het kleuteronderwijs voorzien, dit om de werkdruk van leerkrachten die ervaren wordt door het aandeel niet-zindelijke kinderen, te verlagen5 . Deze ambitie sluit aan bij het actieplan van de Vlaamse overheid over Werkbaar Werk. Dit betekent dat zowel leerkrachten en kinderverzorg(st)ers werk zouden moeten ervaren als iets motiverends, iets dat voldoende leerkansen biedt, dat geen overmatige stress oplevert en dat een evenwichtige werk-privébalans mogelijk maakt6 . Vanuit het VALUE-project onderschrijven we dat een doordachte inzet van kinderverzorg(st) ers zowel kan bijdragen aan kwaliteitsverhoging voor kinderen en ouders áls aan werkbaar werk voor leerkrachten en kinderverzorg(st)ers.