Fijn je weer te zien.

Fijn je weer te zien.

8,90
Abonneeprijs: € 3,56

Omschrijving

Dit boek gaat over stabiliteit in de kindergroep van het kinderdagver­blijf. Een stabiele groep is een groep met steeds dezelfde kinderen. Een kind ontmoet een vaste groep andere kinderen op de dagen dat het in de groep is. Een stabiele groep is te vergelijken met een schoolklas of een peuterspeelzaalgroep.
Een stabiele groep is in een peuterspeelzaal of in een basisschool heel gewoon. In een peuterspeelzaal komt dezelfde groep kinderen twee, drie of vier vaste dagdelen per week. In een schoolklas zitten dezelfde kin­deren de hele week bijeen. Een stabiele groep is daar vanzelfsprekend, geen onderwerp waarover gediscussieerd wordt. Ook in het buitenland speelt de discussie over stabiliteit van de groep in het kinderdagverblijf niet. De meeste kinderen komen daar vijf dagen per week naar het kin­derdagverblijf.
In de Nederlandse kinderdagverblijven anno 2010 zijn stabiele groepen een uitzondering. Dat komt door het parttime gebruik (gemiddeld twee à tweeënhalve dag), de diversiteit in het gebruik (van één dagdeel tot vijf dagen per week) en de vrije keuze van opvangdagen voor ouders. Het leidt tot groepen die elke dag anders van samenstelling zijn.
Waarom staat groepsstabiliteit centraal in dit boek?
Pedagogen en wetenschappers in de kinderopvang zijn ervan overtuigd dat stabiele groepen belangrijk zijn voor de kwaliteit van de kinderop­vang. Het is wetenschappelijk aangetoond dat jonge kinderen veiligheid ontlenen aan bekende andere kinderen. Tussen vriendjes bestaat ook een veel rijker interactiepatroon en ze spelen intensiever met elkaar. Groeps­stabiliteit is één van de tien structurele kwaliteitsfactoren die worden on­derscheiden in het kwaliteitsmodel van Riksen­Walraven (NCKO, 2009). Het streven naar meer stabiliteit in groepen strookt ook met de ervaring van alledag: teamsport doe je Het instellen van stabiele groepen in kinderdagverblijven roept al enkele jaren felle discussie op in de kinderopvang. Het instellen van stabiele groepen vereist dat het kinderdagverblijf bepaalt welke dagencombina­ties gekozen kunnen worden. ‘Voorstanders’ wijzen op het belang van de sociale relaties en vriendschappen van de kinderen. ‘Tegenstanders’ nemen het op voor de werkende ouders. Voor ouders is het belangrijk dat zij zelf kunnen aangeven op welke dagen en tijden van de week zij opvang nodig hebben. Die individuele wensen passen niet altijd in een vaste­dagenaanbod. De discussie raakt aan een oude tegenstelling: is kinderopvang er primair voor de kinderen of primair als een arbeids­ participatie­instrument? De poging om beide standpunten met elkaar te verzoenen was voor het Nederlands Jeugdinstituut uitgangspunt bij een anderhalf jaar durend onderzoek naar stabiele groepen in 2009 en 2010.
De voorstanders van stabiele groepen komen bovendien knelpunten te­gen als zij de stabiele groepen willen instellen in hun huidige situatie. Want hoe komt het kinderdagverblijf van A naar B: van wisselende naar stabiele groepen? In nieuw te starten kinderdagverblijven of groepen kan vanaf het begin een stabiele groepsindeling gekozen worden. Dit is veel gemakkelijker dan een bestaande situatie ombuigen naar meer groeps­stabiliteit. Elke wijziging in een bestaande groepsindeling heeft op korte termijn ook negatieve gevolgen. Kinderen moeten wellicht van groep verhuizen. Ouders en pedagogisch medewerkers moeten hun werkdagen veranderen. Het planningsbureau moet anders gaan werken. Er ontstaat wellicht een tijdelijke onderbezetting. De positieve aspecten van de sta­biele groep worden pas later zichtbaar: een betere bezettingsgraad, rust in de groep, tevreden ouders, vertrouwde relaties en vriendschappen tussen pedagogisch medewerkers, kinderen en ouders. 
In het onderzoek naar stabiele groepen is in de praktijk ervaring op­ gedaan met het veranderen van de groepsindeling. Het resultaat is te vinden in dit boek.